Dit verhaal is een inzending voor de verhalenwedstrijd 2021, georganiseerd door Cultuur Overdag in het kader van de Boekenweek 2021 met als thema ‘Tweestrijd’.
Hij doet niks
door Gré Keet (Heeze)
Het wordt een prachtige dag, de knooppuntenroute die wij hebben uitgezet loopt dwars door De Maashorst. Een wandeling van zo’n 4 uur, rugzak op en broodjes mee.
We horen de vogels van alle kanten, lopen door het bos en over stuifzand, hier door een hekje, daar over een wildrooster.
Wij hebben er al 1,5 uur op zitten als ik plotsklaps stil sta. Daar, pal naast het pad, staat een tauros. Ik kijk eens goed en jawel rechts van hem staan er nog een paar. Zo’n 15 meter links van het pad staan er nog twee. Massief, zwart, met formidabele hoorns, één bonk kracht.
Bij het hekje stond een bord: minimaal 50 meter afstand houden tot deze beesten. Hoe hadden zij dat gedacht? Als wij het pad volgen, dan is links de afstand 15 meter en rechts 4 á 5 meter.
Ze liggen er op hun gemakje wat te herkauwen, kijken eens wat sullig rond en lijken absoluut niet van plan om binnen afzienbare tijd weg te kuieren.
Het officiële advies is dat wij kalm stappen terug moeten zetten tot 50 meter afstand en met een boog van 50 meter om hen heen moeten lopen. En weer vraag ik mij af hoe zij dat bedacht hebben: wij kunnen met geen mogelijkheid door de ruige prikstruiken banjeren. Blijft: over het pad er vlak langs of dezelfde weg terug, en dat is niet leuk na 1,5 uur wandelen, dan kunnen wij net zo goed terug naar het beginpunt en weer naar huis.
Manlief vindt het allemaal onzin en is echt niet van plan terug te gaan. Wat nu? Ik kan toch ook niet alleen terug gaan? Maar doorlopen vind ik linke soep. Daar sta ik dan te dubben. “Kom op, als je rustig doorloopt is er niets aan de hand, hij doet niks” Ja, ja, dat zal wel. Maar eigenlijk weet ik al wel dat ik niet terug zal gaan, ik sputter nog wat tegen, verordonneer mijn man dat hij niet stil mag staan of naar de beesten kijken, kletsen of een foto nemen. En daar gaan we.
Met angst in mijn lijf, stil, niet te snel en niet te langzaam, recht voor mij uitkijkend, net doende of zij niet bestaan, loop ik langs die enorme beesten.
En dan wij er voorbij: “Zie je wel, het valt best mee, zij doen niks”.
Aan het eind van de wandeling gaan wij weer een wildrooster over en een hekje door, Wij komen een groep mensen tegen, mét hond, die enthousiast vragen of wij de taurossen hebben gezien, dat willen zij ook. Wij zeggen waar wij ze hebben gezien en wij vragen ons af of de hond wel een goed idee is, maar ‘hij doet niks’ dus dat vinden zij geen enkel probleem!
Een paar maanden later lezen wij in de krant dat in De Maashorst een man is aangevallen door een tauros: hij is op de hoorns genomen en weg geslingerd.